Een e-dokter voor alle problemen
Uit: Goudsche & Haagsche Courant, 29-04-2005 door Els Brenninkmeijer Het aantal artsen dat medische adviezen verstrekt via internet, groeit snel. De mondige patiënt kan steeds vaker per e-mail of via internet terecht bij zijn eigen huisarts en bij een toenemend aantal virtuele specialisten. Medisch cyberspace ontwikkelt zich in sneltreinvaart: stelt straks een computer een diagnose?
DEN HAAG - Zo'n 390 consulten via internet verrichtte Peter Leusink, huisarts en seksuoloog in Gouda, vorig jaar via zijn website www.erectie.info. De eerste drie maanden van dit jaar waren dat er 210. "Het gaat snel", constateert de arts opgewekt. Zo'n tweeduizend min of meer vaste bezoekers heeft de internetarts. "Iedereen heeft een klein digitaal dossiertje", zegt Leusink. "Niet met medische gegevens, maar met hun klachten en de vragen die ze eerder hebben gesteld." De seksuoloog begon jaren geleden met zijn site omdat er zo weinig informatie was over erectieproblemen. Inmiddels kan de anonieme bezoeker ook tegen betaling een consult krijgen. Binnen een week krijgt de persoon een behandeladvies via zijn e-mail. Ook schrijft Gouwenaar Leusink, inmiddels samen met een andere arts, via zijn site recepten uit.
De eerste huisarts, Robert Mol, die vier jaar geleden voorzichtig startte met consulten via de e-mail, werd met enthousiasme, maar ook kritiek, begroet. Twee jaar geleden constateerde Mol in deze krant nog dat zijn collega's collectief lijden aan 'veranderingsangst'. Maar sindsdien is er een duidelijke kentering te bespeuren. Artsen hebben de schroom afgeworpen. Het Nederlands Instituut Telemedicine (Nitel) heeft geen cijfers, maar constateert een groei van het aantal e-dokters, net als de pas opgerichte Vereniging voor E-health (zestig leden). Volgens een inventarisatie van het tijdschrift MedNet Magazine zijn er momenteel zo'n tweehonderd artsen (zie kader) die structureel medische adviezen en consulten aanbieden via e-mail of internet.
Regels De regelgeving loopt met deze ontwikkeling in de pas. Sinds 1 januari van dit jaar geldt een landelijke richtlijn van artsenorganisatie KNMG (Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Geneeskunde). De geformuleerde regels zijn vrij algemeen. Zo mag een arts alleen besluiten tot on-line contact met een patiënt 'in gevallen waarin de kwaliteit van zorg voldoende is gegarandeerd en de kans op nadelige gevolgen voldoende is verkleind'. Is zo'n rekkelijke richtlijn genoeg? Internist Georg Hennemann, verbondenaan www.mijnspecialist.nl als specialist, vindt van wel. "Sterker, ik zou willen dat het volgens de regels normaal wordt dat ook artsen en patiënten die geen bestaande behandelrelatie met elkaar hebben, elkaar treffen via internet. Dat is in de praktijk al zo, maar de KNMG is hier nog heel voorzichtig." Hennemann ziet alleen maar voordelen van e-health. "Van de bezoekers van onze site zegt dertig procent dat ze hebben afgezien van doktersbezoek nadat wij hun vragen per mail hadden beantwoord. Bedenk eens wat een besparingen dit oplevert!"
Er is niet alleen lof voor de internetzorg. De internetapotheken kwamen eerder dit jaar in opspraak toen een 44-jarige vrouw zelfmoord pleegde met pillen die ze via een apothekerssite had bemachtigd. De betrokken arts, die het recept ondertekende, moet zich dit jaar voor een tuchtcollege verantwoorden. De Tweede Kamer bepleitte dat het verboden moet worden om zware medicijnen via internet te verkopen. Ondanks de kritiek naar aanleiding van deze zaak gaan de ontwikkelingen in medisch cyberspace snel. Zo heeft de website vivici.nl een computerdokter die tegen betaling adviseert of iemand met zijn klachten naar de huisarts moet of niet. De bezoeker vult online verschillende vragenlijsten in. De softwaremodule werkt met eenzelfde soort 'beslisboom' waarmee bijvoorbeeld ook doktersassistenten aan de telefoon bepalen of een patiënt moet langskomen of niet. De software is al zover dat sommige artsen geloven dat een computerdokter die eigenhandig diagnoses stelt, niet ver weg meer is. Hennemann betwijfelt dat. "Ik betwijfel of het wenselijk is. Geen ziektebeeld is hetzelfde. Een arts heeft de ervaring en een extra zintuig, een computer niet."
Er moet de komende jaren nog een hoop worden uitgedokterd over e-health, denkt Peter Leusink. Hijzelf is met vragenlijsten aan het bekijken hoe effectief de 'e-zorg' via zijn eigen site eigenlijk is. "Voor welke patiëntengroepen is zorg via internet wenselijk en effectief? Dat is nog niet duidelijk. Er blijven vragen, haken en ogen." Maar de opmars van de digitale dokter is onomkeerbaar, zegt de arts uit Gouda. "Want de patiënt wil het."
|