HELP! De huisarts is bang voor Internet
Haagsche Courant, 1 april 2003 De virtuele huisarts heeft de toekomst. Patiënten willen niet langer een ochtend vrijnemen om in de wachtkamer te zitten. Ze willen snel en efficiënt worden geholpen. Maar de meeste huisartsen willen niet op internet."Ze zijn conservatief en bang voor veranderingen", stelt emailarts Robert Mol.
Den Haag. De patiënt weet wel wat hij wil van zijn huisarts. Een betere (telefonische) bereikbaarheid, keuzevrijheid en meer informatie en advies. Liefst van de huisarts persoonlijk, maar de meeste patiënten weten inmiddels wel dat die overbelast is. Daarom vinden ze een virtuele huisarts, waarvan ze snel en efficiënt antwoord krijgen, ook prima. Dat blijkt keer op keer uit tevredenheidsonderzoeken van patiënten platforms. Je zou dus zo langzamerhand verwachten dat het in het land wemelt van de virtuele huisartsen, computerdokters en email-artsen. Maar niets is minder waar. Tot grote ergernis van Robert Mol, de Rotterdamse huisarts die anderhalf jaar geleden als eerste het internet op ging met www.emaildokter.nl. De patiënt wil wel, maar de meeste huisartsen zijn aarts-calvinistisch. Ze lijden aan 'veranderings-angst'. Zijn lamgeslagen door de hoge werkdruk, het ontbreekt ze aan lef om hun manier van werken te veranderen." Mol is erg enthousiast over zijn virtuele praktijk. In de afgelopen anderhalf jaar vroegen zo'n tweehonderd inwoners uit ons land zonder eigen huisarts hem via e-mail om medisch advies. Mol belt altijd binnen 24 uur terug. Hij beoordeelt dan of hij telefonisch advies kan geven of dat de patiënt naar het spreekuur moet komen. Voor het terugbellen rekent Mol twaalf euro. "Ik ben hiermee begonnen vanwege het toenemende huisartsentekort. Landelijk zijn er zo'n 500.000 mensen die geen vaste huisarts hebben. Dat is heel zorgelijk. Ik vind het mijn plicht als huisarts om te kijken hoe ik dat probleem mee kan helpen oplossen." Maar dat is niet de enige reden. Emaildokter Mol vindt ook dat het internetconsult hoort bij dit tijdsgewricht. "Mensen bestellen via de computer boodschappen bij Albert Heijn, ze zoeken via internet hun nieuwe interieur uit bij Ikea en boeken een vakantie vanachter het beeldscherm. Maar voor een herhaalrecept of een eenvoudige medische vraag moeten ze een ochtend vrij nemen om naar de huisarts te gaan. Dat is toch volstrekt achterhaald." Maar met die visie is Mol nog altijd een roepende in de woestijn. De Landelijke Huisartsenvereniging is ronduit tegen. Die vindt het onverantwoord een consultaanvraag af te handelen zonder dat de patiënt gezien is. Dus is Robert Mol na anderhalf jaar nog steeds vrijwel de enige emaildokter in Nederland.
Telemedicine Emailartsen zijn onderdeel van E-Health ofwel Telemedicine. Dat is zorgverlening op afstand met gebruikmaking van moderne informatie- en communicatietechnologie. In Nederland komt het moeizaam van de grond. Het Platform Telemedicine Nederland bracht in september vorig jaar een rapport uit waarin overheid, zorgaanbieders en -verzekeraars worden opgeroepen om zich meer in de mogelijkheden te verdiepen. In landen als Zweden, Duitsland en Engeland wordt op grote schaal gebruik gemaakt van telemedicine-toepassingen als telezorg, videoconferencing en video-monitoring. Daardoor hoeft een verpleegkundige niet continu naar een patiënt om metingen uit te voeren. Met videoverbinding, een electronische stethoscoop en een digitale bloeddrukmeter levert de verpleegkundige de nodige zorg.
Terug naar Nederland, waar het allemaal wat trager gaat. Van de plannen voor een internetdokter voor de Goudse regio die zorgverzekeraar Trias twee jaar geleden aankondigde, is bijvoorbeeld nog niets concreets van de grond gekomen. "Goh, wilden we dat twee jaar geleden al? Wat vliegt de tijd toch. Het staat wel op de agenda, maar er is inderdaad nog geen medische site voor onze verzekerden", aldus een medewerkster. Ook in het Westland is het initiatief voor een emaildokter blijven steken tussen droom en daad. Eind november vorig jaar kwam uit een door het regionaal patiënten en consumenten platform georganiseerd symposium dat veel patiënten wel wat zien in een virtuele huisarts. Zorgverzekeraar DSW wilde zijn schouders daar ook onder zetten. Maar na bijna een half jaar is er alleen een projectplan op papier. "Het gaat inderdaad niet zo vlot. Maar volgende week hebben we een bijeenkomst belegd om te kijken hoe we handen en voeten aan het plan kunnen geven", vertelt voorzitter Van der Tas van de Districts huisartsen Vereniging Delft Schieland Westland. Een betere toegankelijkheid van de huisartsen in die regio staat volgens Van der Tas voorop. "Het virtueel consult zou daar een onderdeel van kunnen zijn. Maar we willen ook de telefonische bereikbaarheid verbeteren." De voorzitter begrijpt de ergernis van Robert Mol wel. "Hij is zijn collega's natuurlijk tien stappen vooruit. Het is goed dat er pioniers zijn zoals hij. Anders zou er nooit wat van de grond komen". Maar Van der Tas vindt niet dat de huisartsen van conservatisme en veranderings-angst beticht kunnen worden. "Nee, ik zou het eerder koudwatervrees en behoedzaamheid noemen. Ze hebben nog niet zo'n duidelijk idee van wat er virtueel mogelijk is. Er ontstaat nu een beetje het beeld dat patiënten zichzelf via informatie op de website kunnen genezen. Dat is natuurlijk niet realistisch." Bovendien is de veiligheid van patiëntgegevens op het internet niet waterdicht. "Dat is voor veel artsen een heel belangrijk punt. Zij moeten de privacy kunnen garanderen."
Anonimiteit De Goudse seksuoloog Peter Leusink maakt juist gebruik van de anonimiteit van het internet. Vijf jaar geleden begon hij met de internetsite www.seksualiteit.nl. "Omdat er nauwelijks serieuze informatie over seks te vinden was." Tegelijkertijd werd de telefonische hulplijn van de Rutgersstichting opgeheven. Een grote groep mensen dreigde buiten de boot te vallen. "Mensen die niet zo snel met hun seksuele problemen naar de huisarts stappen. Internet is laagdrempelig en anoniem." De respons die Leusink kreeg, overtrof zijn verwachtingen. "Gemiddeld 120 tot 150 vragen per maand. Daar beantwoord ik er zo'n veertig van. Want een heleboel mensen zijn niet bereid om te betalen voor mijn consult." Leusink vraagt 4,50 euro voor een klein consult en 16,00 euro voor een groot consult. "Ze zouden meer betalen als ze echt in mijn spreekkamer zouden komen." Hij hoopt dat zijn internet-consulten helpen de angst om over seks te praten te overwinnen en uiteindelijk tóch naar een huisarts of seksuoloog te gaan. "In zeker de helft van de gevallen adviseer ik dat omdat er meer hulp nodig is dan ik via internet kan bieden. Maar of die mensen dat echt doen, weet ik natuurlijk niet".
|